“Ik werkte in de financiële sector. Eerst in de salarisadministratie, daarna als bewindvoerder voor mensen met een beperking. Als bewindvoerder hoorde ik van cliënten waar ze tegenaan liepen. Ik wilde ze graag helpen, maar kon dat niet doen vanuit mijn functie. Ik ondersteunde mensen daarom op een andere manier en vervulde verschillende rollen als vrijwilliger. Zo richtte ik voor MEE Zeeland een vriendenkring op voor mensen met een lichte verstandelijke beperking en werkte ik als ervaringsdeskundige voor de advieslijn van Kansplus. Het vrijwilligerswerk sprak mij steeds meer aan en ik wist gewoon dat ik een goede cliëntondersteuner zou zijn. Hier wilde ik mijn baan van maken.”
“Ik volgde de opleiding tot cliëntondersteuner bij HBO Drechtsteden, met een werk-leertraject bij Cliëntondersteuning Plus. Na de opleiding wilde ik dichter bij huis werken en kwam ik terecht bij Zorgbelang Brabant Zeeland. Wat ik direct merkte in het werk is dat ik als mantelzorger snap dat ouders handelen vanuit emoties. Ik herken die emoties en vind dat ze er mogen zijn. Wel geef ik ouders tips en advies om praktisch naar de zaken te kijken en daarmee naar het belang van hun kind. Anders kunnen de emoties tegen je gaan werken. Dat ik voel en begrijp wat ouders doormaken, helpt mij daar goed bij.”
"Er is altijd een vraag achter de vraag. Doorvragen is dus heel belangrijk."
“In het vak is het belangrijk dat je doorvraagt op de hulpvraag die mensen stellen. Er zit altijd een vraag achter de vraag. Verhelderen en verduidelijken helpt om deze te achterhalen. Gespreksvoering moet je als cliëntondersteuner goed kunnen beheersen; door in gesprek te gaan kom je meer te weten. Soms is dat lastig. Daarom is het goed om intervisiebijeenkomsten met andere cliëntondersteuners te organiseren. Hierdoor ontwikkel je zelfreflectie, waar je veel van leert. Ook vraag ik mijn cliënten om feedback. Als ze mij complimenteren met de rust die ik weet te brengen en dat ik goed onder woorden kan brengen wat zij bedoelen, doet mij dat natuurlijk goed. Maar ik vind het ook heel waardevol als ze aangeven wat ze niet prettig vinden aan mij. Ik weet dan waar ik op moet letten.”
Lees hier het hele interview met Jenny Wild.